Firenze (Florance)

Dat is nog eens een drukke stad. Je kan werkelijk over de hoofden lopen hier in Firenze. Nu is het centrum maar ongeveer een vierkante kilometer, en als er veel toeristen zijn wil het wel eens crowded worden. Ik ben blij dat ik de tip van de receptie opgevolgd heb. Niet met de auto maar per trein van Signa naar Firenze, een reisje van 18 minuten. Als we aankomen op het station hebben we eerst een plattegrond gescoord. Daarna proberen naar buiten te komen en de stad verkennen.


Vlakbij het station zien we de basiliek Saint Maria Novella, wat ook al de naam van het station is. Op het plein is een dagelijkse markt met veel leuke kraampjes.

We belanden in een café en doen een lekker bakkie. Het record wordt weer naar beneden bijgesteld, €2,20 voor een cappuccino en een espresso. En het smaakt voortreffelijk. Els ziet een fotocollage hangen. In 2015 is onder andere Tom Hanks hier geweest tijdens de opnamen van Inferno. Een sequel van de Davinci Code, geregisseerd door Ron Howard. De première is gepland voor 28 oktober 2016.

Als we richting Ponto Vecchio gaan wordt het behoorlijk druk met mensen op straat. Je moet ook telkens opzij voor fietsers, bussen en paard en wagen. Zoeken naar attracties hoef je hier niet want je volgt gewoon de massa. Er zijn ook veel scholieren, waarschijnlijk een soort van kennismakingsweek of zo. Voor het Piazza Della Signoria and Palazzo Vecchio zien we het beroemde standbeeld David van Michelangelo. We blijken naar een replica te staren, want in 1873 is het origineel verplaatst naar de Galleria Dell Accademia. 


Dat verklaart ook de enorme rij wachtenden die we later op de dag zien staan voor genoemd museum. Dat is trouwens toch wel een dingetje in Firenze. Je moet de tijd nemen om te wachten voor je ergens naar binnen kunt, een uur wachten is geen uitzondering.

Inmiddels hebben we de beroemde brug Ponte Vecchio bereikt, maar er is geen doorkomen aan. Doordat op de brug veel winkeltjes zitten, vooral veel juweliers, loopt het vast. We steken de brug over en gaan via een verderop gelegen brug weer terug het centrum in.  Het is wel leuk etalages kijken hier.

Als laatste bekijken we de Duomo, de nummer een bezienswaardigheid van Firenze. Wil je alles in Firenze goed kunnen bekijken dan mag je daar wel minimaal 4 dagen voor uittrekken. Die tijd hebben we nu niet want wij trekken morgen verder naar ons volgende reisdoel, Rome.

Toscaanse bruiloften

Zaterdags zit ons verblijf in Zwitserland er weer op. Over 2 weken keren we terug, maar dan alleen op doorreis naar huis. Wat is het toch een mooi land. Onderweg naar Toscane kunnen we nog even genieten, want langer dan verwacht rijden we nog door het mooie landschap. Vlak na de grens met Italie bij Chiasso, is het gedaan met de rust. Het wordt een stuk drukker en vooral rond Milaan is het opletten. Als we de autostrade naar Firenze opdraaien wordt het wat rustiger. Dat kan ook zomaar met het toltarief te maken hebben want daar weten ze hier wel raad mee. Een half uurtje voor Florence raakt de Skoda routeplanners van de rel. Het blijkt dat er na Bologna een behoorlijk stuk snelweg met tunnels nieuw aangelegd is. Waar Skoda offroad aangeeft, heeft TomTom de zaken wel voor elkaar.


Na het verlaten van de snelweg rijden we richting Artimino. Bovenop de berg bevind zich een resort waar we een appartement gehuurd hebben. Artimino is een 732 hectare groot landgoed. De villa medica, het huis met de honderd schoorstenen, staat op de Unesco wereld erfgoedlijst. 


Hier worden veel bruiloften gevierd. We hebben er het eerste weekend 3 gezien. Leuk is dat ze dan foto’s komen maken aan de andere kant van het complex, daar waar wij een appartement hebben. Dit bruidspaar stond in de steeg onder ons raam dus Els, gek op bruidjes, heeft snel een foto gemaakt.

Het appartementen gedeelte is gebouwd in 1596 maar delen van het complex gaan terug tot het Etruskische tijdperk, dat is nog voor de tijd van Asterix en Obelix.  Wist ik ook niet hoor, maar dat kregen we bij de informatie mee. Zo leer je nog eens wat. Om het complex loopt ook een stadsmuur. Binnen de muren bevinden zich huizen voor de locale bevolking en de vakantie appartementen. Ook zijn er diverse restaurants en een museum.


Het is eigenlijk een dorp. Een bijzondere ervaring om mee te maken. Het is uiteraard niet zo luxe als Savognin maar het heeft wel wat. Rondom is veel groen van de olijf boomgaarden. De reputatie was Els vooruitgesneld wat er stonden een fles rode en witte wijn klaar op tafel. Om factuur  verrassingen  te voorkomen even nagevraagd, maar ze waren complimentary. Leuke geste.


Zondags hebben we lekker rustig aan gedaan, maar op maandag gingen de wandelschoenen weer aan. We zitten vlakbij Pisa dus daar willen we natuurlijk wel eens kijken. Wat ons opviel was dat de prijzen bij toeristische locaties niet zo extreem verhoogd waren als in Rome. Pisa is een studentenstad aan de rivier de Arno. Op de universiteit uit 1343 volgen ongeveer 50.000 studenten college. Een van de bekendste studenten is de natuurkundige Galileo Galilei. Maar de stad is uiteraard vooral bekend van de scheve toren. Deze toren werd gebouwd als kerkklok van de naastgelegen kathedraal, maar tijdens de bouw ging het al fout met de fundering. Rond 1990 is er een flinke hersteloperatie geweest omdat de toren dreigde om te vallen. Hij stond toen al ruim 4,5 meter uit het lood.

Rondom de toren zie je overal toeristen foto’s maken waarbij ze net doen of ze de toren tegenhouden. Vooral Japanners nemen de meest wonderlijke poses aan.

Het is heerlijk weer dus ’s avonds maken we nog een wandeling in Artimino, om te kijken naar de vele lichtjes beneden in het dal waar Signa ligt.

Graubunden

Het is vrijdag 16 september en meneer pastoor vind het nodig om klokslag 06:00 uur voor 5 minuten aan de kerk-klok te gaan hangen. Wie gaat er nu om deze tijd naar de kerk?  We proberen het nog wel maar van slapen komt niet veel meer. Als ik weg ben om brood te kopen klopt er iemand aan de deur, maar omdat Els er niet op “gekleed” is en dus niet open doet loopt ze zich nu al de hele dag af te vragen wie dat geweest kan zijn. Het was niet de dame van de receptie, dat heb ik aan haar gevraagd. 

Omdat we dat zo mooi vinden gaan we vandaag weer twee passen rijden. Al snel komen we een spoorweg museum tegen. We bekijken de expositie en steken weer wat op over de bouw, exploitatie en onderhoud van de spoorlijn en de viaducten in deze streek.


Op het station is toevallig een collega van Selecta bezig om contactloos betalen aan te sluiten in een snoep automaat. Grappig, dat heb ik in januari 2015 al gedaan. We vervolgen de trip over de Albulapass. Onderweg stoppen we regelmatig om van het uitzicht te genieten. De treinrails ligt als een spaghetti-sliert in het landschap. Om in korte tijd veel te klimmen of te dalen maakt de rails telkens lussen in het landschap.

Op 2315 meter hoogte stoppen we voor de lunch. Het is hier wel erg mooi.

De weg voert nu weer naar beneden en ook hier moeten we regelmatig stoppen voor weg werkzaamheden. Op enig moment moest ik zelfs achteruit rijden langs het randje omdat de vrachtwagen er langs moest. De chauffeur achter me begon wild te claxoneren. Die dacht natuurlijk dat ik hem ging aanrijden, maar met de sensoren in de bumper zal dat niet zo snel gebeuren. Hij haalde me later op een recht stuk wel snel in. 😀

We rijden door Sankt Moritz naar de Julierpass. Omdat we redelijk op hoogte zijn gebleven  hoeven we hier niet veel te klimmen.



Beneden aangekomen rijden we richting Savognin. Onderweg nog wat Zwitserse franken geloosd met tanken, want terug wisselen naar Euro’s levert te veel verlies op. Dat is toch wel een van de weinige voordelen van een verenigd Europa, je hoeft niet meer bij elke grens te wisselen. Laatste aankomst alweer in Savognin. Omdat Els nog steeds niet met de kabelbaan omhoog durft gaan we maar een biertje drinken. Morgen reizen we door naar Italië.

Rhätische Bahn

Denk je aan Zwitserland dan denk je aan treinen. En natuurlijk viaducten in het berglandschap. We hebben er twee op ons lijstje staan en die hebben we woensdag bezocht. Als eerste reden we naar Wiesen. Altijd spannend zo’n smalle weg naar beneden. Nu maar hopen dat we geen tegenliggers treffen, want er past maar een auto op de weg. We parkeren bij het station en wandelen naar het Wiesenerviaduct. 


Het is een imposant bouwwerk. Je kan naast de spoorbaan lopen over een voetgangerspassage. Je moet niet door het gaas naar beneden kijken als je hoogtevrees hebt. Er is een wandelroute naar ons tweede viaduct, maar Bas is er niet bij dus dat gaat hem niet worden. Els is niet zo van het ruwe landschap.

We vervolgen de reis naar Davos. Ook hier weer veel bouwactiviteiten aan weg en hotels. Even ontspannen op een terrasje, en jawel de treinen rijden bijna over je tafel.


We kiezen de touristische route op de planner en gaan op weg naar Filisur. Daar parkeren we de auto en gaan lopend verder. Na een pittige wandeling zien we het Landwasser viaduct. Je krijgt toch wel bewondering voor de bouwers van deze kunstwerken. Er waren geen helikopters of zo om de bouwmaterialen naar boven te transporteren. Natuurlijk voor de foto even wachten op een trein. We treffen het, de Glacier Express komt er aan. De langzaamste intercity ter wereld, onderweg van Zermatt naar Davos.

De donderdag begint slecht want het regent en dat kan even aanhouden. De voorspelde onweer blijft weg, maar als we ’s middags gaan wandelen trekken we toch maar warmere kleding aan. 

Aankomst Savognin

Het kost wat tijd om Stuttgart uit te komen, want ook hier waren er weer de nodige aanrijdingen. We nemen omleidingsroute U4 en komen vlak voor het plaats delict weer op de autobahn. Een aanrijding tussen een motorrijder en een auto zorgt voor een infarct op de A81. Na dit oponthoud kunnen we lekker doorrijden en bereiken al snel de grens met Zwitserland en gaan richting Neuhausen.

Hier bezoeken we de Rheinfall, de grootste waterval van het Europese continent.


We komen gelijk met een ander stel aan in Savognin. De receptie is gesloten dus we moeten bellen. Met de doorgegeven code krijgen we de sleutel uit de automaat. De volgende ochtend tussen 8 en 10 uur kunnen we inchecken.

Het appartement is erg mooi. We zitten op de tweede etage. Omdat het begint te spetteren laden we snel de auto uit. Verder dan een flinke onweersklap komt het niet.


De volgende dag gaan we naar Chur. Daar zien we een imposant busstation met de bekende gele postbussen. 


Al wandelend door het voetgangersgebied maakt Theo kennis met een van de nadelen van elektrische auto’s. Je hoort ze niet dus ik kom vol in aanvaring met een Toyota.
De schreeuw van Els laat me meer schrikken dan de klap. Tja, er zat een vrouw achter het stuur, wat zal ik daar nu van zeggen 😀

Er is verder geen schade dus na excuses aanvaard te hebben wandelen we verder. Chur is een van de oudste steden van Zwitserland. Omdat men hier geen oorlogsgeweld heeft gehad zijn de gebouwen ook echt oud. Dat maakt het leuk om door het centrum te wandelen. De sanitaire stop van Els duurt wel erg lang, later blijkt dat ze de weg terug naar boven niet meer kon vinden. Ze is zelfs in de keuken van het restaurant beland. Dat heb je met oude gebouwen😉

Als we de boodschappen ingeslagen hebben gaan we weer richting appartement. Lekker lezen en van het mooie uitzicht genieten.

Op weg naar Zwitserland

Na het standaard kwartiertje vertraging waren we om 6:15 op weg naar Venlo. Het leek wel of iedereen op bed lag want er was nagenoeg geen verkeer op de weg.

Het ochtendgloren is toch wel het mooiste moment van de dag, vind ik dan.

Bij Valk Venlo aangekomen bleek dat het hotel vol was dus men twijfelde of er wel plaats was voor losse ontbijtgasten. Na ampel overleg mochten we plaatsnemen en gingen we los met buffetten.


We vervolgde onze reis in Duitsland en pas bij Koblenz werd het druk op de weg.

Inmiddels was het miezerige regentje gestopt en moest de airco aan, want we tikten de 30 graden aan.

Na enige tijd bereikte we Hockenheim, bekend van het race circuit. Tijd voor een sanitaire/koffiestop.

De parkeerplaats stond, net als alle parkeerplaatsen onderweg, vol met vrachtwagens. Gelukkig vonden we nog een plaatsje.

Inmiddels werd door files en ongevallen onze route herberekend en werden we omgeleid.
Toch wel handig die navigatiesystemen.

Om 15:00 bereikte we het hotel, Hilton Garden Inn Stuttgart.

Het hotel ligt naast het stadion van VfB Stuttgart. Dit stadion is ook wel bekend bij sommige onder ons, omdat een niet nader te noemen club uit Eindhoven zonder een wedstrijd te winnen hier hun enige Europacup 1 veroverde. We kregen een erg grote kamer. De bank was ook opgemaakt als bed en aan de hoeveelheid handdoeken te zien verwachtte men een flinke familie.


Nadat we de bagage op de kamer gezet hadden gingen we Stuttgart verkennen. Stuttgart is een stad met veel parken en veel groen. Het heeft niet echt een altstadt, de horeca zit verspreidt over meerdere pleintjes.

Er was veel volk op straat en dat maakte het gezellig. Zondag is toch eigenlijk wel een stille dag in Duitsland , dus daar hadden we mazzel mee.

The Blue Lagoon

Uiteraard kunnen we een vakantie aan IJsland niet afsluiten zonder een bezoek te brengen aan de Blue Lagoon. Dit geothermisch bad in de buurt van Reykjavik is heel populair onder de toeristen. Het water heeft een temperatuur van ongeveer 39 graden en bevat o.a. silicium en zwavel. Sommige mensen met huidproblemen hebben hier baat bij. Wij komen er echter puur om te ontspannen.

Grappig om te zien is dat er ook een bar aanwezig is in het bad. Je hoeft dus niet het water uit om even een biertje te halen. Nadeel is wel dat ik al snel na het biertje naar de wc moest van al dat water om me heen. Moest ik toch nog de kou in.

Reykjavik

Vandaag gaan we Reykjavik verkennen. We genieten ’s ochtends van een lekker ontbijtje wat we gisteren bij de Bonus hebben gehaald, en gaan vervolgens op pad. Het valt op dat, ondanks dat Reykjavik de hoofdstad is, het centrum erg klein aanvoelt. Alles is goed te doen qua loopafstand. De bezienswaardigheden liggen tevens dicht op elkaar.

Ons appartement ligt vlakbij het het Höfði huis. Dit huis staat in de wereldgeschiedenis vooral bekend om de ontmoeting tussen Ronald Reagan en Mikhail Gorbachev. Hier werd een grote stap gemaakt om de koude oorlog tussen de VS en de Sovjet Unie te beëindigen. Daarnaast staat het huis bij de IJslanders vooral bekend als spookhuis. Blijkbaar is dit huis vroeger gebouwd op een oude begraafplaats voor de Vikingen en heeft dit tot effect dat keukendeurtjes spontaan dichtslaan en servies zomaar op de grond valt. In 1952 was het Engelse consulaat hier gevestigd, en de toenmalige ambassadeur had hier zoveel last van dat hij aan de Engelse regering vroeg om het consulaat in een ander gebouw te huisvesten. Tegenwoordig is het gebouw afgesloten en kan je alleen maar even door de raampjes kijken. Al het servies leek nog in de kast te staan.

Een andere indrukwekkende bezienswaardigheid is de kerk van Reykjavik, Hallgrímur. Deze kerk heeft een heel bijzonder uiterlijk en kan ongeveer 1000 mensen aan voor een mis. Daarnaast is het wandelen langs het water leuk om te doen en vind je hier een mooi beeldhouwwerk van een viking schip.

We besteden de rest van de dag met het wandelen door de kleine straatjes van Reykjavik om winkeltjes te bekijken en soms een bakje koffie te drinken in een van de talloze koffie tentjes. ’s Avonds gaan we ons even te buiten en eten we bij het luxe restaurant Sjávargrillið. Het valt ons op dat veel steak-restaurants in Reykjavik met “Whale meat” adverteren en ook hier is dat het geval. Blijkbaar is het toch populair onder de toeristen als ze dat zo in het Engels adverteren. Wij kiezen ervoor om normale vis te eten en gaan voor een heerlijk drie-gangen menu.

Van Akureyri naar Reykjavik

Vandaag laten we het pitoresque maar saaie Akureyri achter ons en gaan de 385 kilometer over de ringweg naar Reykjavik rijden. Eigenlijk zouden we vandaag de Kjolur binnenland route doen, maar doordat er sneeuw is gevallen is ook deze weg dicht.

Onderweg maakt Linda nog wat foto’s van paarden. Aangezien IJsland daar ook om bekend staat en we er nog geen foto’s van hadden is dit een mooi moment om dit te doen. Dus bij deze:


Hoe dichter we bij Reykjavik komen hoe drukker het wordt op de weg. We zijn de afgelopen twee weken alleen maar in de natuur geweest en zijn er gewend aan geraakt dat we niet zoveel auto’s tegenkomen. Het is dus even schakelen voor Bas als we op een zesbaans weg komen tijdens de spits van Reykjavik.

We hebben een mooi ruim appartement gehuurd wat op een paar kilometer afstand ligt van het centrum. Aangezien we een keukentje met koelkast hebben willen we wat boodschappen gaan doen zodat we zelf kunnen koken. Simpelweg navigeren naar de dichstbijzijnde supermarkt was niet het handigst om te doen. We worden door de nieuwe Google Maps de krappe straten van het centrum in geleidt naar een klein supermarktje waar we niet eens kunnen parkeren. Het lijkt Apple Maps wel. Na veel moeite lukt het me weer uit het centrum te rijden en vinden we aan de rand van de stad een grote Bonus waar we wel relaxed boodschappen kunnen doen.

Akureyri

We zijn vandaag in Akureyri, de tweede stad van IJsland na Reykjavik en hoofdstad van het noorden. Het is een regenachtige dag en dat zorgt ervoor dat we niet veel te doen hebben in het kleine stadje.


Het hoofdstraatje ziet er pitoresque uit, maar hebben we al snel gezien. De botanische tuinen zijn volgens onze reisboekjes wel een aanrader maar dan vooral met mooi weer. Wij lassen maar een rustdag in en doden onze tijd in diverse winkeltjes. ’s Avonds blijkt er ook niet veel te doen te zijn in Akureyri. Morgenochtend maar snel door richting de hoofdstad Reykjavik. Aangezien tweederde van de bevolking daar woont zal er vast meer te beleven zijn.